Veilige afvoer restanten bestrijdingsmiddelen kan nu landelijk
13 March 2024

De zogeheten bezemacties van de afgelopen jaren, lieten zien dat agrariërs behoefte hebben aan een duidelijk en gestructureerd afvoersysteem voor restanten van bestrijdingsmiddelen. Er is goed nieuws: dit jaar is een landelijk inzamelsysteem voor restanten van gewasbeschermingsmiddelen gestart.

In de middelenkast van een agrariër staan, naast volle verpakkingen, ook aangebroken verpakkingen met bestrijdingsmiddelen. Wat moet de agrariër met deze restanten, als hij/zij ze niet langer gebruikt en ze ook niet meer toegepast mogen worden? Lange tijd bestond er geen structurele afvoermogelijkheid.

CLM Onderzoek en Advies organiseerde, met hulp van waterschappen, provincies, leveranciers en STORL, verschillende losstaande ‘bezemacties’ om een verantwoorde afvoer te faciliteren. Tegelijkertijd maakten CLM, provincie Drenthe en drinkwaterbedrijf WMD-Water zich hard voor een structureel inzamelingssysteem. Vanaf 2024 is dit gerealiseerd via een landelijk inzamelingssysteem van STORL. Een belangrijke mijlpaal om te zorgen dat bestrijdingsmiddelen verantwoord worden afgevoerd en geen risico meer vormen voor de waterkwaliteit.

Hoge nood
Agrariërs kunnen om meerdere redenen restanten van bestrijdingsmiddelen in hun middelenkast hebben staan. Wanneer de ondernemer overstapt op een andere teelt, kan het middel in zijn kast voor de nieuwe teelt niet toegelaten zijn. Daarnaast vervallen soms toelatingen voor middelen en mogen deze na een opgebruiktermijn niet meer gebruikt worden.

Een derde reden kan zijn dat de ondernemer de werking van het middel niet meer vertrouwt, bijvoorbeeld als de temperatuur in de middelenkast onder het vriespunt is geweest. Tot slot wordt bij een bedrijfsovername vaak een bestaande middelenkast overgenomen (al dan niet bewust). In al die gevallen moeten de restanten verantwoord afgevoerd worden. Gemeentelijke milieustraten nemen de restanten vaak niet aan omdat het om bedrijfsafval gaat. Al met al is de drempel om middelen in te leveren daarom vaak hoog.

De bezem door de middelenkast
Vanaf 2008 hebben verschillende waterschappen, drinkwaterbedrijven en provincies zogeheten ‘bezemacties’ laten uitvoeren door CLM Onderzoek en Advies.

Anton Dries, beleidsadviseur Water, Bodem & Milieu bij de provincie Drenthe, licht toe waarom de provincie in 2008 de opdracht gaf tot de allereerste bezemactie: “Wanneer restanten van verouderde gewasbeschermingsmiddelen lange tijd op het bedrijf blijven staan, is er een risico dat zij naar oppervlakte- of grondwater lekken, bijvoorbeeld tijdens een calamiteit. Daarom is het belangrijk om de agrariërs een laagdrempelige en verantwoorde afvoermogelijkheid te bieden.”

Vanuit de landbouwstudiegroepen in de Drentse grondwaterbeschermingsgebieden kwam het signaal dat het voor telers lastig was om hun ‘oude’ middelen af te voeren, waarbij gemeenten verschillend omgingen met de inzameling hiervan en dat in een aantal gevallen een dure afvalverwerker moest worden ingehuurd. Daarbij maken de Drentse waterbeheerders zich al lange tijd zorgen over de kwaliteit van de bronnen voor de drinkwatervoorziening.

Win-win
Met deze laagdrempelige en verantwoorde afvoermogelijkheid voor agrariërs beperken we emissies naar grond -en oppervlaktewater. Je kunt hierbij dus spreken van een ‘win-win’ situatie: goed voor de boer, en het milieu.

Tijdens de bezemacties werd samengewerkt met lokale leveranciers. De vaste adviseur van de agrariër bekeek samen met de agrariër de middelenkast om te besluiten welke restanten opgeruimd moesten worden. Vervolgens werden deze verpakkingen doorgegeven aan CLM en kwam een erkend afvalinzamelaar de restanten ophalen. Deelname aan de actie was voor agrariërs kosteloos; de kosten werden vergoed door de betrokken waterschappen, drinkwaterbedrijven en provincies, aangevuld met een vergoeding van de Stichting Opruiming Resten en Lege Verpakkingen in de Landbouw (STORL).

De noodzaak in cijfers
De bezemacties lieten zien dat er een duidelijke vraag naar een afvoerroute voor restanten is. Sinds de eerste actie in 2008 zijn er maar liefst 21 van deze acties georganiseerd, verspreid over heel Nederland. Aan de acties deden een kleine 7.500 agrariërs mee en samen leverden zij grofweg 210.000 kg restanten in. 

Van veel van de ingeleverde middelen verliep de toelating in het jaar van inleveren. Daarnaast werden er ook producten ingeleverd waarvan de toelating al voor het jaar 2000 was vervallen. Zo leverden enkele agrariërs DDT in; deze insecticide is sinds 1973 niet meer toegelaten in Nederland. 

Landelijke afvoercampagne 2024
Met de ervaringen vanuit de bezemacties hebben CLM, provincie Drenthe en drinkwaterbedrijf WMD bij STORL aangedrongen op een landelijk inzamelsysteem voor restanten. Hierover is veelvuldig overleg geweest onder meer met verschillende ministeries en vertegenwoordigers van STORL. Afgelopen jaren heeft de STORL onderzocht of en hoe dit op te zetten is. In 2023 is er begonnen met een inzameling van lege gespoelde plastic cans van gewasbeschermingsmiddelen. 

Eind vorig jaar kwam goed nieuws: in 2024 kunnen niet alleen de verpakkingen, maar ook de restanten van gewasbeschermingsmiddelen via een landelijke inzamelingscampagne worden ingeleverd. Telers en loonwerkers kunnen tot maximaal 50 kg restant kosteloos laten inzamelen tijdens deze campagne. 

Roep agrariërs op deel te nemen!
Margot Veenenbos, vanuit CLM betrokken bij meerdere bezemacties, is blij met de campagne: “Het is een hele mooie ontwikkeling dat er nu een laagdrempelige, landelijke afvoermogelijkheid beschikbaar is. Hier hebben zowel agrariër, waterschap, provincie als leverancier baat bij”. 

Via een verantwoorde afvoer borgen we samen een goede waterkwaliteit. Daarom is het belangrijk dat zoveel mogelijk agrariërs op tijd op de hoogte zijn van de campagne dit jaar. Verspreid de boodschap dus in uw (agrarisch) netwerk. Agrariërs kunnen zich van 1 februari tot eind maart aanmelden voor de inzameling op de site van STORL. Tussen 1 april en 31 december worden dan alle restanten afgevoerd.