CLM Onderzoek en Advies zet thermometer in boerenbedrijf
08 december 2022

Vereenvoudigde methode om biodiversiteit te meten

CULEMBORG - Terwijl op een groene top in Montreal wordt gepraat over biodiversiteit, komt adviesbureau CLM Onderzoek en Advies uit Culemborg met een vereenvoudigde methode om de biodiversiteit op agrarische bedrijven te meten. Op die manier krijgen ondernemers meer vat op de biodiversiteit op hun bedrijf.

In de versimpelde meetmethode worden op en rondom de akkers van een boerenbedrijf stroken van 100 meter bij 1 meter breed uitgezet en worden verschillende telpunten geplaatst. Dat gebeurt binnen verschillende biotopen en op plaatsen die representatief zijn voor het bedrijf. Vervolgens worden in dat afgezette gebied alle vogels, insecten, zoogdieren, planten en bodemorganismen geteld. De optelsom daarvan geeft vervolgens weer of er veel soorten leven of niet.

Thermometer

Eigenlijk werkt onze methode als een soort thermometer die in het boerenbedrijf is gestopt om te zien hoe het is gesteld met de biodiversiteit.

Ontwikkelaar Roy Gommer

De lijst van vogels, insecten, zoogdieren, planten en bodemorganismen is door deskundigen zo samengesteld dat als bepaalde soorten in een gebied worden waargenomen, je er vrijwel zeker van kan zijn dat de andere soorten er ook zijn of gaan komen.

CLM-directeur Edo Dijkman

Tellingen

In Nederland wordt biodiversiteit gemonitord volgens strenge (NEM) protocollen, vaak in natuurgebieden zoals Natura 2000. ‘Die manier van meten kost veel tijd en energie. Daarnaast zijn deze tellingen op gebiedsniveau en niet of in mindere mate op bedrijfsniveau. Onze methode is een versimpelde versie die minder tijd en energie kost, maar waarbij je wel iets kunt zeggen over biodiversiteit. Doel van onze telling is ook dat we kunnen zien in hoeverre stimulerende maatregelen op een boerderij bijdragen aan meer biodiversiteit’, zegt Gommer.

Maatregelen

En de vernieuwde meetmethode werkt volgens Gommer. Door het tellen op de boerenbedrijven die wel stimulerende maatregelen hebben genomen en die dat niet hebben gedaan, is duidelijk geworden dat het nemen van maatregelen meer soortenrijkdom oplevert. 

De CLM-methode, de zogeheten Agrobiodiversiteitsmonitor, is ontwikkeld in de Veenkoloniën bij twee boerderijen in Groningen en twee boerderijen in Drenthe. Daarna is het toegepast bij tien bedrijven in Flevoland en op vier in Drenthe. ‘De komende jaren willen we verder gaan tellen bij andere bedrijven om de methode nog sterker te maken.’

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met CLM-directeur Edo Dijkman (zie kader bovenaan)

Ruw videomateriaal is op te vragen via Gera Clements, 0345-470703 of gclements@clm.nl